Het bestuursmodel
Binnen de goededoelensector komen drie vormen van bestuursmodellen voor. In deze nieuwsbrief leest u een interview met de Vereniging Rembrandt over het door hen gehanteerde Monistisch model. Dit model is vergelijkbaar met het one-tear model.
In dit artikel geven we meer duiding aan alle drie bestuursmodellen:
Bestuur
Monistisch, Angelsaksisch of one-tier model
Raad van Toezicht; Dualistisch, Rijnlands of two-tier model
De twee meest bekenden zijn het bestuur en de Raad van Toezicht. Het one-tier model wordt minder vaak gebruikt. De keuze voor een bestuursmodel wordt in de statuten van de organisatie opgenomen.
Zowel verenigingen als stichtingen kunnen een keuze maken tussen deze drie vormen van intern toezicht. Bij verenigingen wordt verantwoording afgelegd aan de algemene ledenvergadering (ALV). Het model kan in de loop van de jaren veranderen als de organisatie daarom vraagt.
Bestuur
Als lid van een statutair bestuur bent u actief betrokken bij zowel de langetermijnstrategie als de dagelijkse gang van zaken. U bepaalt het (strategisch) beleid en bent eindverantwoordelijk voor de resultaten van de organisatie. Daarvoor neemt u besluiten en keurt u belangrijke documenten van de stichting goed, zoals jaarverslagen, begrotingen, subsidietoekenning en subsidieaanvragen.
Als een organisatie een bestuur heeft met een directeur (titulaire directie) dan zorgt deze directeur (of coördinator of bureausecretaris bij kleinere organisaties) voor de uitvoering van het beleid. Bij kleine of startende organisaties die vaak nog vermogen moeten verwerven worden ook deze taken door bestuursleden zelf uitgevoerd of gedelegeerd naar enkele medewerkers. Bij financiële beslissingen heeft een directeur beperkte ruimte en zal één van de bestuursleden grotere uitgaven moeten fiatteren.
Raad van Toezicht
Een organisatie met een Raad van Toezicht heeft een bestuur én een Raad van Toezicht. Het bestuur bestaat uit één of meerdere directeur-bestuurders in dienst van de organisatie. Dit model wordt ook wel two-tier, dualistisch of Rijnlands model genoemd.
De Raad van Toezicht beoordeelt de directeur-bestuurder(s) in de realisatie van de strategische doelstellingen en het gevoerde financiële beleid. Daarbij accorderen leden van de Raad van Toezicht tevens het formuleren van de missie, de strategie en opgestelde beleidsplannen voordat ze worden vastgelegd of gepubliceerd. De Raad van Toezicht benoemt en ontslaat de directeur-bestuurder(s), geeft gevraagd advies vanuit eigen expertise en zet haar netwerk in ten behoeve van de organisatie.
De directeur-bestuurder heeft de verantwoordelijkheid zoals hierboven onder bestuur wordt beschreven. Deze is verantwoordelijk voor (strategisch) beleid, financiën en de continuïteit van de organisatie. Daarnaast is deze de werkgever van medewerkers.
Het Rijnlands model benadrukt de rol van alle belanghebbenden, waaronder werknemers, klanten, leveranciers en andere ketenpartners en de bredere gemeenschap. Een punt van kritiek op het Rijnlands model is dat het kan worden gezien als beperkend voor innovatie en wendbaarheid door de focus op stabiliteit en langetermijndenken.
One-Tier model
Het Angelsaksisch, Monistisch of one-tier-model is sinds 1 juli 2021 opgenomen in de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen (WBTR) voor stichtingen en verenigingen. Het bestuur bestaat uit uitvoerende én niet- uitvoerende bestuursleden. De voorzitter van het bestuur is altijd een niet-uitvoerend bestuurslid.
De leiding van de organisatie ligt in handen van de uitvoerende bestuursleden met een gelijksoortige functie als die van directeur-bestuurder, maar dan met een gedeelde bestuursverantwoordelijkheid.
De rol van niet-uitvoerende bestuursleden komt sterk overeen met die van leden van een Raad van Toezicht. De niet-uitvoerende bestuursleden hebben echter meer kennis van en betrokkenheid bij de dagelijkse gang van zaken dan leden van een Raad van Toezicht, omdat deze bestuursleden samen met de directeur-bestuurder de besluiten nemen over strategie, beleid en financiën.
Naar buiten toe is er bij de one-tier board geen duidelijk verschil tussen uitvoering en toezicht. In de praktijk leidt dit mogelijk tot vervlechting van uitvoering en toezicht. Dat hoeft zeker geen probleem te zijn mits daar op de juiste manier aandacht aan wordt besteed. Dit kan bijvoorbeeld door dit goed vast te leggen en door in vergaderingen regelmatig aandacht te besteden aan de samenwerking tussen de directeur-bestuurder en de bestuursleden. Het is aan te raden om dit aspect sowieso te bespreken tijdens de jaarlijkse zelfevaluatie.
Voor- en nadelen van de modellen
Er worden in de literatuur verschillende voor- en nadelen van zowel one-tier als two-tier genoemd. Dat wat gezegd wordt over een one-tier-model kan daarbij ook relevant zijn voor een organisatie met een bestuursmodel.
Betrokkenheid versus afstand
Het one-tier bestuursmodel kan een positieve invloed hebben op het gevoel van gedeelde verantwoordelijkheid van de bestuurders. De scheiding van bestuur en toezicht in de two-tier board leidt tot een heldere afbakening van verantwoordelijkheden en het afleggen van externe verantwoording.Kwaliteit van het toezicht
De afwezigheid van een apart toezichtorgaan in het one-tier model kan ertoe leiden dat er minder controle op en uitdaging van de uitvoerende bestuurders is. Dit zou kunnen leiden tot verminderde kwaliteit van de besluitvorming en gebrek aan transparantie. In het two-tier model zorgt de scheiding van bestuur en toezicht voor meer checks and balances, die wanbeleid, fraude en andere vormen van onethisch gedrag kunnen helpen voorkomen. Anderzijds is het functioneren van two-tier boards soms minder efficiënt omdat de Raad van Toezicht over minder (detail)informatie beschikt en er extra aandacht aan goede informatievoorziening moet worden besteed voorafgaande aan belangrijke besluiten.Informatievoorziening
Het one-tier model kan het informatievoorzieningsproces tussen het dagelijks bestuur en de niet-uitvoerende bestuurders vereenvoudigen en versnellen. De grotere betrokkenheid bij de organisatie brengt echter ook het risico met zich mee dat niet-uitvoerende bestuurders zich minder onafhankelijk opstellen ten opzichte van de uitvoerende bestuurders. In het two-tier model is de Raad van Toezicht afhankelijk van het dagelijks bestuur voor de informatievoorziening. Het ontbreken van relevante informatie of een overdaad aan informatie kan een negatief effect hebben op de kwaliteit van het toezicht.Besluitvorming
In het Angelsaksisch model zijn er minder besluitvormingslagen, wat kan leiden tot snellere besluitvorming en grotere flexibiliteit dan het Rijnlands model. Het betekent echter ook dat het bestuur veel macht heeft en wellicht minder goed ter verantwoording kan worden geroepen dan met een Raad van Toezicht.Stakeholderbelangen
Een two-tier board kan de belangen van werknemers, gevers (particulieren, fondsen, overheden) en andere stakeholders beter op elkaar afstemmen. In een one-tier board is de blik vaker vooral intern gericht.
Conclusie
Alle drie de genoemde bestuursmodellen hebben voor- en nadelen. Het belangrijkste is dat er bewust voor een van de modellen wordt gekozen en dat dat model past bij de fase waarin de organisatie zich bevindt. In alle gevallen is het zeer behulpzaam om vast te leggen hoe de taken en verantwoordelijkheden zijn verdeeld tussen de directeur(bestuurders) en de toezichthouders. En het succes van deze samenwerking valt of staat met het blijvend in gesprek zijn met elkaar hierover en zowel de wrijvingen als successen bewust te benoemen.
Bronnen:
Voor dit artikel zijn verschillende bronnen gebruikt waaronder:
Ik wil een stichting oprichten. Welk besturingsmodel kies ik? van Cultuur en Ondernemen verschenen op 23 april 2021
Overwegingen bij keuze voor one-tier of two-tier governance-model door Sharon Frank verschenen op 10 mei 2023
One-tier of two-tier board als bestuursmodel van het ondernemersplein van de Kamer van Koophandel
Monistisch bestuursmodel voor coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen van het ondernemersplein van de Kamer van Koophandel
De (wettelijke) basis van goed toezicht van VTOI-NVTK
Nynke Runia, bestuurslid ITGD, nr@itgd.nl