Toezicht houden bij tegenwind

Liana Hoornweg (directeur Partos) over effecten van kaalslag bij ontwikkelingssamenwerking

Laat de wereld niet in de steek, zegt directeur Liana Hoornweg van Partos terwijl minister Klever van Ontwikkelingshulp (PVV) diep in de budgetten gaat snijden. Een testcase voor solidariteit bij organisaties voor ontwikkelingssamenwerking. Welke uitweg kiest de in 2004 opgerichte branchevereniging Partos en wat is de rol daarbij van het intern toezicht?

Professioneel toezicht bij goede doelen is geen overbodige luxe. Dit geldt a fortiori voor toezichthouden bij tegenwind. Reden om de schijnwerper te richten op de geplaagde sector ontwikkelingssamenwerking. Dit doen we via Partos, de brancheorganisatie die meer dan honderd Nederlandse ontwikkelingsorganisaties verenigt. 

De feiten zijn bekend en schrijnend. In haar recente beleidsbrief plaatst minister Reinette Klever van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp Nederland als het ware terug in de tijd. Ze maakt met forse bezuinigingen korte metten met universele waarden als mensenrechten, vrouwenrechten en rechten voor onderdrukte groepen. Hoornweg spreekt van een ‘harteloze en kortzichtige’ beleidsbrief.

De nota is de uitwerking van het volgens Partos ‘onzalige voornemen’ uit het hoofdlijnenakkoord om 2,4 miljard euro per jaar te bezuinigen op ontwikkelingssamenwerking. Dit treft het maatschappelijk middenveld, vrouwenrechten, gendergelijkheid, klimaat en multilaterale samenwerking frontaal. Hoornweg: ‘Het gaat ten koste van mensen in kwetsbare posities wereldwijd, maar treft ook Nederland. Globale uitdagingen overschrijden landsgrenzen.’

Het Nederlandse kabinet lijkt mee te gaan in de reactionaire lijn inzake ontwikkelingssamenwerking zoals ingezet door de Amerikaanse president Donald Trump. Diens administratie schrapt minstens 1.600 banen in de VS bij USAID. Medewerkers buiten Amerika gaan met betaald verlof. De hulporganisatie zet 90% van de programma’s stop. Volgens experts is de ontmanteling van USAID een ramp van ongekende proporties.

Ook Nederland keert volgens Hoornweg met de miljardenbezuiniging de wereld de rug toe. ‘Bovendien dreigen we onze invloed en reputatie als betrouwbare partner te grabbel te gooien. En alsof dat nog niet genoeg is, wil het kabinet ook nog eens honderden miljoenen per jaar extra bezuinigen door de koppeling van het budget voor ontwikkelingssamenwerking aan het bruto nationaal inkomen los te laten. Dat mogen we niet laten gebeuren.’

De intern toezichthouders van Partos zetten zich schrap? 

Hoornweg: Partos is een vereniging met een bestuur onder voorzitterschap van Hans Bruning. Ons bestuur is zeer betrokken en weet de Partos agenda levend te houden met zaken met als ruimte bewaken voor het maatschappelijk middenveld en verdeling van welvaart. We communiceren een duidelijke boodschap en blijven in dialoog: enerzijds met de Haagse politiek; anderzijds met onze achterban van 108 ledenorganisaties – geschraagd door meer dan drie miljoen leden en vrijwilligers.’

‘Samen met het bestuur gaan we ook dit jaar keihard aan de slag om ontwikkelingssamenwerking relevant te houden want de nood in de wereld neemt toe, de klimaatcrisis gaat door en filantropie alleen kan niet alles oplossen. Gelijkwaardige relaties onderhouden met de partijen die gesteund worden door onze ledenorganisaties is cruciaal. Bij de leden van Partos zien we veel bereidheid om elkaar te helpen. Samen kunnen we echt werken aan een betere wereld.’

Wat adviseert u de intern toezichthouders bij de ledenorganisaties van Partos?

‘Word lid van ITGD als dat nog niet het geval is en maak anderen attent op deze mogelijkheid. Blijf als raden van toezicht in gesprek met de besturen of directies. Laat ze hun netwerken ten volle benutten. Plan naast de reguliere vergaderingen momenten voor tussentijds overleg. En wijs op alternatieven voor subsidies zoals fondsenwerving of nalatenschappen. Een groeiend aantal daarvan gaat (deels) naar goede doelen. Goede doelen die weten wat er speelt in landen waar Nederland nauwelijks diplomatieke banden mee heeft. Ze slaan bruggen tussen gemeenschappen, bedrijven en overheden.’

Waar maakt u zich vooral zorgen om?

‘Boven de alledaagse actualiteit uit zien we de gevolgen van populisme en polarisatie. Het kabinet Schoof wil, als gezegd, boven op de al vastgelegde bezuinigingen in het hoofdlijnenakkoord nog eens twee miljard euro extra besparen door de koppeling van het budget voor Official Development Assistance (ODA) aan het Bruto Nationaal Inkomen (BNI) los te laten. Deze koppeling bestaat sinds het begin van de jaren zeventig.’

Waarom is dit zo zorgelijk?

‘Cruciaal werk wereldwijd – zoals samenwerking met lokale boeren, activisten en ondernemers om oplossingen te vinden voor de grote uitdagingen van deze tijd – komt hierdoor ernstig in gevaar. Ik denk ook aan internationale veiligheid, klimaatverandering en een rechtvaardige wereld. Tegelijkertijd zet het kabinet de internationale positie van Nederland op het spel. In de Eerste Kamer, waar het kabinet geen meerderheid heeft, zien we het verzet groeien.’

Waar staat Partos voor?

‘Partos vormt het grootste samenwerkingsverband van ontwikkelingsorganisaties in Nederland. We zijn uit op vergroting van de maatschappelijke erkenning van en waardering voor de branche. Partos staat voor een eerlijke, rechtvaardige en duurzame wereld voor iedereen. Het valt niet mee om onze boodschap helder voor het voetlicht te brengen terwijl social media het publiek constant bestoken met trollen en zo discussies of emotionele reacties uitlokken.’

Hoe verder?

‘In februari hebben we senatoren van CDA, ChristenUnie, D66, SP en VVD een petitie aangeboden getiteld: Nederland van de kaart. Namens onze ruim honderd ledenorganisaties luidde de boodschap: ‘‘Er gebeurt veel in de wereld waar we ons zorgen over maken. Met extra bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking verliezen we daar grip op. De constructieve dialoog in de Eerste Kamer is een duidelijk signaal naar het kabinet en de Tweede Kamer.’’ Deze maand buigt Eerste Kamer zich over de bezuinigingen.’

Tot slot

De ongelijkheid tussen hoge en lage inkomenslanden zal groter worden door de drastische bezuinigingen op ontwikkelingssamenwerking. Met een forse impact op miljoenen mensen. The development of underdevelopment? Om concreet te maken wat op het spel staat komt Hoornweg met twee casussen die boekdelen spreken.

Casus 1: Save The Children

In Zuid-Soedan werkt Save the Children via het door de Nederlandse overheid gefinancierde programma Right2Grow aan het tegengaan van ondervoeding en het verbeteren van zogenaamde WASH-voorzieningen: water, sanitatie en hygiëne. Dit laatste betreft infrastructuur voor drinkwater, aanleg van latrines en bijvoorbeeld voorlichting over hygiëne. Acute en chronische ondervoeding komt in Zuid-Soedan veel voor en een groot deel van de bevolking heeft geen toegang tot veilig drinkwater. Het land lijdt onder de klimaatcrisis, wat zich uit in zowel extreme droogte als overstromingen. Dit brengt de voedselzekerheid van de mensen in gevaar.

Right2Grow legt niet zelf voorzieningen aan, maar faciliteert lokale gemeenschappen om bij de eigen overheid, op zowel nationaal als lokaal niveau, financiering voor verbetering van de behandeling en preventie van ondervoeding en WASH-voorzieningen af te dwingen. Daartoe worden medewerkers van lokale maatschappelijke organisaties via Save the Children getraind in goed bestuur op overheidsfinanciën: hoe werken overheden financieel, hoe worden budgetten opgesteld en bewaakt en uitgaven gepland.

Vervolgens zijn er vanaf 2022 vele gezamenlijke budgetteringsworkshops georganiseerd met parlementsleden en overheidsfunctionarissen – een zeldzame prestatie voor lokale maatschappelijke organisaties. Deze inspanningen hebben bijgedragen aan beleid voor duurzame en inclusieve ontwikkeling, waaronder de lancering van een nationaal voedingsbeleid, dat is afgestemd op het landbouwbeleid om voeding en voedselzekerheid voor kwetsbare bevolkingsgroepen te garanderen.

Zonder verdere financiering komt vanaf 2026 een einde aan dit programma en kunnen de lokale organisaties niet langer worden gefaciliteerd en gemobiliseerd. De toegang tot parlementsleden en (lokale) ambtenaren zal verminderen, vooral door jongeren geleide organisaties zullen hiervan de dupe zijn en uiteindelijk de lokale bevolking met weinig toegang tot diensten ter voorkoming van ondervoeding.

Casus 2: Safe Spaces

Voor jongeren met een beperking in Kenia zijn de Safe Spaces van grote waarde. Hier krijgen ze in een veilige omgeving toegang tot informatie over menstruatie, anticonceptie en seksuele voorlichting, zonder angst voor discriminatie. Ze vinden er steun, delen ervaringen en bouwen vriendschappen op. Deze ruimtes, ondersteund door het Make Way-programma, dragen bij aan hun zelfvertrouwen en helpen hen om voor hun rechten op te komen.

Het Make Way-programma, gefinancierd door het Ministerie van Buitenlandse Zaken van Nederland, loopt nu af. Hierdoor is het onzeker of de Safe Spaces kunnen blijven bestaan. Dit betekent dat veel jongeren met een beperking het risico lopen deze belangrijke ondersteuning te verliezen. Hoewel bestaande vriendschappen en netwerken blijven, wordt het lastiger om structureel samen te komen en informatie te delen.

Cheshire Disability Services Kenya, partner van het Liliane Fonds, onderzoekt momenteel mogelijkheden om de Safe Spaces binnen andere projecten onder te brengen. De behoefte aan veilige ontmoetingsplekken blijft groot, maar hoe deze in de toekomst worden gefaciliteerd, is onzeker.

Vorige
Vorige

De cruciale rol van de Raad van Toezicht in tijden van bezuinigingen

Volgende
Volgende

ITGD Nieuwsbrief Maart 2025