ITGD vierde vijfjarig bestaan
ITGD vierde vijfjarig bestaan met symposium over de professionalisering van intern toezicht
Op donderdag 23 januari vierde ITGD in Amsterdam haar vijfjarig bestaan met het symposium Toezicht in Topvorm. Natuurlijk ging het over wat er tot dusver bereikt is. Maar de inhoud stond centraal met presentaties over de nieuwe normen in de Erkenningsregeling voor goede doelen, de inzichten van gedragswetenschapper Jan Stolker en de start van een onderzoek naar intern toezicht van het Instituut Bestuurskunde (Universiteit Leiden) in opdracht van ITGD. Franck Erkens: “Toezicht houden is een professie waarbij permanente educatie van belang is.”
De locatie van het symposium Toezicht in Topvorm was goed gekozen: de grote zaal bij Van Doorne in Amsterdam waar vijf jaar geleden de stichting Intern Toezicht Goede Doelen (ITGD) werd opgericht. ITGD-voorzitter Franck Erkens trapte af en stond in zijn openingswoord stil bij de ontwikkeling die de organisatie in de eerste handvol jaren van haar bestaan heeft doorgemaakt.
Toezicht houden is een professie
“Wij van wc-eend verkopen wc-eend. Zo voelde het af en toe in de eerste jaren toen wij als bestuur de noodzakelijke professionalisering onder de aandacht brachten,” zei Erkens. “Het delen van kennis en de belangenbehartiging gaan vijf jaar later goed bij ITGD. Door het interne toezicht in de filantropie meer en meer onder de aandacht te brengen, stijgt de bewustwording dat toezicht houden een professie is. Een professie waarbij permanente educatie van belang is en waarbij men ervaringen met elkaar deelt.”
Erkens lichtte er in zijn toespraak twee recente ontwikkelingen uit. Eerst de primeur dat het ministerie van Justitie & Veiligheid het ITGD voor 2025 subsidie heeft toegekend. Erkens: “Ik kreeg de vraag van iemand of deze subsidie haaks staat op de zelfregulering van de sector. Geenszins. Een zichzelf regulerende sector is juist gebaat bij excellent intern toezicht. En dat is iets wat het ministerie zich terdege beseft.”
De tweede mijlpaal die hij noemde was de aanpassing per 1 januari 2025 van de normen voor intern toezicht en goed bestuur in de Erkenningsregeling, aan de hand waarvan het CBF toetst en indien nodig het gesprek met goededoelenorganisaties aan gaat. CBF-directeur Harmienke Kloeze legde in haar presentatie uit wat er is veranderd, hoe de aanpassingen in de Erkenningsregeling zullen worden uitgerold en wat dat betekent voor goede doelen en het interne toezicht.
Toekomstvisie gevraagd
Nieuw is onder andere dat er een artikel is toegevoegd dat van het Intern Toezichthoudend Orgaan vraagt dat een toekomstvisie wordt opgesteld. Daarnaast is de categorie-indeling veranderd – een ingrijpende operatie – en is belangenverstrengeling opnieuw gedefinieerd; de nadruk ligt voortaan op tegenstrijdig belang. In de normen wordt ook gevraagd dat een aantal nieuwe aspecten, waaronder diversiteit en inclusie en de maximale zittingstermijnen van niet-uitvoerende bestuurders, in de statuten en/of het reglement worden geregeld. Tot slot is er een kapstokartikel toegevoegd dat het CBF meer ruimte geeft om in te grijpen wanneer “het wel klopt, maar het niet deugt.” En er komt wat meer ruimte voor het CBF om bij bijzondere omstandigheden toch de CBF-Erkenning te verlenen, ook al is niet aan alle harde normen voldaan.
Er wordt niet direct hard gehandhaafd op de nieuwe normen. “2025 is een overgangsjaar,” legde Kloeze uit. “In februari gaat een brief uit naar de goede doelen. We communiceren dan in welke categorie de organisatie valt en geven een toelichting op de belangrijkste verschillen die van toepassing zijn. Door middel van een self-assessment kunnen goede doelen vervolgens nagaan of er nog ontwikkelpunten zijn. Bij hertoetsingen toetsen we al aan de nieuwe normen, maar bij eventuele verbeterpunten geven we organisaties tot 1 januari 2026 de tijd om de nodige aanpassingen te maken. Vanaf 1 januari volgend jaar moeten goededoelenorganisaties aan de nieuwe normen voldoen.”
Goed om te weten: goede doelen die lid zijn van ITGD en gebruik maken van het scholingsaanbod, voldoen automatisch aan de eisen wat betreft voortdurende educatie (norm 5.1.3).
Onderzoek Instituut Bestuurskunde naar intern toezicht
Prof. Dr. Caelesta Braun, hoogleraar Openbaar Bestuur & Maatschappelijke Democratie, Instituut Bestuurskunde (Universiteit Leiden), en Dr. Agota Szabo, senior onderzoeker aan de Haagse Hogeschool en visiting fellow bij het Instituut Bestuurskunde (Universiteit Leiden), deelden inzichten op het gebied van governance van non-profitorganisaties.
Szabo gaf aan dat onderzoek uitwijst dat er vaak nog sprake is van een disconnect tussen externe verwachtingen en de interne bestuurspraktijk. Maar ook dat externe factoren soms sturend kunnen zijn in hoe er toezicht wordt uitgeoefend. “Sommige bestuurders zeggen: als er druk wordt uitgeoefend van buiten om anders te rapporteren, dan doen we dat. Certificerende instanties spelen dus een belangrijke rol,” zei Szabo.
Braun en Szabo zijn in de opstartfase van een nieuw onderzoek naar het intern toezicht bij goede doelen, dat in opdracht van ITGD wordt verricht. Alle deelnemers van het symposium is na afloop per email gevraagd om een online vragenlijst in te vullen, met daarin ook een reflectieopdracht. Het onderzoek is bedoeld om best practices te kunnen delen en biedt tegelijkertijd waardevolle reflectie op de eigen rol als toezichthouder. Meedoen kan door hier te klikken.
De menselijke factor
Jan Stolker, directeur van het Erasmus Governance Institute en auteur van het boek Het spel in de boardroom, kreeg als laatste spreker de vloer. Hij richtte zijn aandacht op de menselijke factor, misschien wel de allerbelangrijkste. Voor de kwaliteit van het toezicht is de mix van karakters en gedragingen van de leden van de Raad van Toezicht belangrijk, maar toch vooral ook die in het bestuur en de directie. Waarbij de uitdaging van de RvT is om tot een constructieve boardroom dynamiek te komen. In zijn presentatie viel het woord cultuur dan ook veelvuldig.
Stolker beschreef bovendien de fenomenen bounded rationality, bounded willpower (niet doen wat zou moeten) en bounded ethicality (we zijn toch al goed bezig). Ook schetste hij de informatieparadox: het fenomeen dat er op weg van de werkvloer, langs het management, naar de Raad van Toezicht steeds informatie verloren gaat. “Het curieuze is dat de informatie waar we als toezichthouder ons toezicht op baseren van de personen komt – de directie – waar we toezicht op moeten houden,” aldus Stolker.
Best practices uitwisselen
Nadat dagvoorzitter Lotte Schipper de sprekers en de aanwezigen had bedankt voor hun komst, en het inhoudelijke deel van het symposium was afgesloten, wachtte de niet-onbelangrijke netwerkborrel. Want de bijeenkomsten van ITGD zijn naast een inhoudelijk en educatief platform vooral ook een plek om ervaringen en best practices uit te wisselen met collega’s. En die functie hoopt het ITGD ook de aankomende jaren met verve te blijven vervullen.
Geschreven door Hans Hulst, januari 2025
Sprekers van links naar rechts: Jan Stolker, Caelesta Braun, Agota Szabo, Harmienke Kloeze en dagvoorzitter Lotte Schipper